16 aug '22
Op 21 juli 2022 heeft een arbiter van de Raad van Arbitrage in bouwgeschillen (‘RvA’) in een kort geding vonnis gewezen over de vordering van een Opdrachtgever om Aannemer te verbieden het werk te staken of op te schorten vanwege prijsstijgingen en/of een vordering tot verhoging van de aanneemsom (RvA 21 juli 2022, nr. 37.456).
Het betreft een interessante uitspraak in tijden waarin Aannemers continu geconfronteerd worden met prijsstijgingen in de bouw.
Opdrachtgever en Aannemer hebben in mei 2021 een aannemingsovereenkomst gesloten voor de bouw van een bedrijfsruimte met kantoor. Op 8 april 2022 ontving Opdrachtgever een brief van Aannemer waarin aanspraak wordt gemaakt op EUR 240.000,-- aan stagnatiekosten vanwege (a) een te late start van het werk, dan wel (b) par. 47 UAV 2012 (kostenverhogende omstandigheden), dan wel artikel 7:753 BW (kostenverhogende omstandigheden) en/of art. 6:258 BW (onvoorziene omstandigheden).
Aannemer heeft vervolgens aan Opdrachtgever voorgesteld om haar vordering te beperken tot EUR 215.000,--, mits de helft van dat bedrag binnen 8 dagen zou worden betaald en de andere helft uiterlijk 14 dagen vóór oplevering van het werk.
Opdrachtgever heeft dit voorstel niet geaccepteerd en heeft Aannemer gevraagd om een onderbouwing van de gestelde prijsstijgingen.
Een maand later ontving Opdrachtgever een factuur van Aannemer voor een bedrag van EUR 145.000,-- ter zake van ‘’Aanspraak tot bijbetaling conform correspondentie 8 april 2022’’. Hierop besloot Opdrachtgever om een kort geding te starten.
Opdrachtgever vorderde in kort geding om Aannemer te verbieden zich vanwege prijsstijgingen en/of en een vordering tot verhoging van de aanneemsom te beroepen op opschorting of staking van het werk, totdat over de vermeende vordering van aanneemster in een bodemprocedure is beslist. Voorts vorderde Opdrachtgever dat Aannemer wordt veroordeeld om de werkzaamheden onverkort voort te zetten.
Aannemer heeft ter zitting duidelijk aangegeven dat haar er alles aan gelegen is om vóór de oplevering betaling te verkrijgen van de prijsstijgingen en dat zij niet uitsluit dat zij de haar ten dienste staande dwangmiddelen, zoals het retentierecht, daarvoor zal inzetten.
Aannemer wil haar vordering nog tijdens de uitvoering van het werk uitbetaald zien, desnoods onder protest, zodat het initiatief voor een eventuele bodemprocedure bij Opdrachtgever komt te liggen. Opdrachtgever meent daarentegen dat Aannemer het werk eerst moet afronden en eventueel na afloop van het werk een bodemprocedure kan starten.
Aan Aannemer staan in beginsel zowel het opschortingsrecht van art. 6:52 BW als het retentierecht van art. 3:290 BW ten dienste. Om een beroep te kunnen doen op deze artikelen dient sprake te zijn van een opeisbare vordering.
Hoewel Aannemer op 13 mei 2022 een factuur aan Opdrachtgever heeft verstuurd ter zake van ’’Aanspraak tot bijbetaling conform correspondentie 8 april 2022’’, stelt arbiter in rechtsoverweging 11 van het vonnis dat op dat moment de verschuldigdheid van de claim van aanneemster nog niet vaststaat en dat dit aspect in de bodemprocedure bekeken en beoordeeld dient te worden.
Partijen zijn het erover eens dat de vraag of Aannemer recht heeft op vergoeding van stagnatieschade en/of prijsstijgingen uiteindelijk in een bodemprocedure zal moeten worden beslist.
Arbiter stelt ook dat het niet gaat om betaling van een deel van de overeengekomen aanneemsom, maar om een bijbetaling (dat wil zeggen een extra betaling bovenop hetgeen partijen hebben afgesproken) waar Aannemer recht op meent te hebben. Aannemer dient te stellen en in geval van betwisting te bewijzen dat het geclaimde bedrag haar toekomt. Dat zou kunnen door de oorspronkelijke offertes te vergelijken met de opdrachtbevestigingen, maar zulk bewijs is nog niet geleverd.
Een aantal feiten brengt arbiter tot het oordeel dat de door Opdrachtgever gevorderde voorziening toewijsbaar is.
Arbiter is allereerst van mening dat Opdrachtgever belang heeft bij de gevraagde voorzieningen aangezien Aannemer niet schroomt om de haar ten dienste staande dwangmiddelen in te zetten.
Arbiter stelt daarnaast dat de verschuldigdheid van de vordering van Aannemer nog niet vaststaat. Wel staat het tussen partijen vast dat Opdrachtgever de bedrijfsruimtes vervroegd in gebruik wil nemen, en dat Aannemer bereid is daaraan mee te werken. Opdrachtgever heeft zich ten slotte bereid getoond om diverse maatregelen treffen, zoals het plaatsen van een inbraakwerende deur, het aanbrengen van extra beveiliging en het afsluiten van diverse verzekering om risico’s bij Aannemer weg te halen.
Opdrachtgever heeft daarbij toegezegd de kosten die voortvloeien uit de vervroegde ingebruikname aan Aannemer te vergoeden. Arbiter heeft vervolgens de vordering van Opdrachtgever toegewezen en het niet naleven van de beslissing door de Aannemer zal worden gesanctioneerd met een dwangsom.
Hoewel het opschortings- en retentierecht in principe ten dienste staan van iedere Aannemer, kunnen er omstandigheden zijn die maken dat een Aannemer deze dwangmiddelen niet (tijdens de uitvoering van het werk) mag inzetten. In deze zaak kwam aan het licht dat de Aannemer niet schroomde om deze dwangmiddelen in te zetten om haar vordering te verkrijgen, terwijl de verschuldigdheid van de claim nog niet vaststond.
Arbiter heeft Aannemer daarom verboden zich vanwege prijsstijgingen en/of een vordering tot verhoging van de aanneemsom te beroepen op opschorting of staking van het werk, totdat over deze vermeende vordering of vorderingen in een door Aannemer aan te spannen bodemprocedure is beslist.
Meer weten over prijsstijgingen in de bouw en de mogelijkheden die partijen in dat kader hebben? Neem dan contact op met Jacob Henriquez, partner Bouw & Vastgoed bij Ploum (j.henriquez@ploum.nl / 06 12 10 13 68).
04 dec 24
29 nov 24
25 nov 24
19 nov 24
13 nov 24
11 nov 24
07 nov 24
01 nov 24
21 okt 24
14 okt 24
13 okt 24
09 okt 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.