05 aug '25
Rechtspraak: Conclusie A-G Ettema, 4 juli 2025 (ECLI:NL:PHR:2025:758) in zaak 24/01328 over de terugwerkende kracht bij wijziging van een douanevergunning onder het DWU.
Relevantie: Vergunningen bijzondere douaneregelingen – terugwerkende kracht – art. 211(2) DWU – prejudiciële vragen
Kan een bestaande douanevergunning worden gewijzigd met terugwerkende kracht? Of gelden de bepalingen over terugwerkende kracht alleen voor nieuwe douanevergunningen? Op 4 juli 2025 concludeerde Advocaat-Generaal Ettema in een douanezaak die deze fundamentele vraag op scherp stelt. De A-G adviseert de Hoge Raad om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de EU over de uitleg van art. 211(2) DWU en art. 22(4) DWU.
Deze zaak raakt direct aan de uitvoeringspraktijk rond douaneregelingen zoals actieve veredeling. Wanneer ondernemingen goederen veredelen zonder dat de juiste vergunning (formeel) aanwezig is, hangt veel af van de mogelijkheid om die vergunning alsnog – met terugwerkende kracht – toe te kennen of aan te passen
Een BV beschikte sinds april 2018 over een vergunning voor de regeling actieve veredeling voor onder meer gasolie en biodiesel. In mei 2020 verzocht zij om uitbreiding van de vergunning met enkele GN-codes (2707 5000 en 2707 9999). De inspecteur stond de wijziging toe per 25 juni 2020, maar wees het verzoek om terugwerkende kracht (vanaf 1 mei 2020) af.
De rechtbank oordeelde dat de inspecteur bevoegd is om via art. 22(4) DWU terugwerkende kracht aan de wijziging te geven, en stelde vast dat er geen materiële reden was om het verzoek te weigeren. Het gerechtshof Amsterdam ging verder en overwoog dat de bepalingen over terugwerkende kracht ook gelden voor een vergunningwijziging. De douaneschulden die waren ontstaan doordat goederen zonder juiste vergunning onder AV waren geplaatst, vervielen daarmee alsnog.
De staatssecretaris stelde daarop cassatie in bij de Hoge Raad.
De zaak draait om de vraag welk regime van toepassing is bij een wijziging van een reeds verleende vergunning. Er zijn – zoals ook A-G Ettema analyseert – grofweg twee mogelijke routes:
A-G Ettema vindt het antwoord niet buiten redelijke twijfel en adviseert de Hoge Raad om deze kwestie voor te leggen aan het Hof van Justitie.
Een tweede cruciale vraag is of een wijziging met terugwerkende kracht ook daadwerkelijk effect heeft op een eerder ontstane douaneschuld. De inspecteur en staatssecretaris betogen dat er wél een douaneschuld ontstond (art. 79(1)(c) DWU) toen de goederen onder AV werden geplaatst zonder juiste vergunning. De vergunning met terugwerkende kracht zou hier geen soelaas bieden, tenzij een formele 'regularisatie' via nieuwe aangiften plaatsvindt.
De A-G wijst dit af. Volgens haar werkt de terugwerkende vergunning ex tunc: de juridische grondslag voor de douaneschuld ontbreekt achteraf bezien. Er hoeft geen aparte aangifte voor het vrije verkeer en terugbetalingstraject plaats te vinden. De vergunning legaliseert de eerdere situatie.
Dit standpunt sluit aan bij eerdere literatuur en Europese guidance-documenten, en is van groot belang voor de uitvoeringspraktijk: terugwerkende kracht moet daadwerkelijk juridische gevolgen hebben, anders is zij zinloos.
Omdat de tekst van het DWU en GDWU geen expliciete regeling geeft voor wijzigingen met terugwerkende kracht, en de Commissie in guidance-documenten op twee gedachten lijkt te hinken, is Europese verduidelijking noodzakelijk. De A-G stelt daarom drie prejudiciële vragen voor:
De conclusie van de A-G onderstreept de complexiteit van terugwerkende kracht in het douanerecht. Waar de praktijk behoefte heeft aan flexibiliteit, voorspelbaarheid en mogelijkheid tot regularisatie, blijft het Europese kader op dit punt aanleiding geven tot vragen en discussies tussen de douane en marktdeelnemers. Mocht de Hoge Raad het advies volgen en inderdaad besluiten prejudiciële vragen te stellen, dan zal de uitspraak van het Hof van Justitie duidelijkheid brengen over de juiste benadering.
Tot die tijd is het raadzaam voor vergunninghouders en hun adviseurs om bij uitbreidingen van vergunningen steeds expliciet te motiveren waarom terugwerkende kracht gewenst is en op welk juridisch kader dit gebaseerd wordt. Zeker bij discussies met de inspectie over douaneschulden biedt deze zaak een stevig inhoudelijk houvast.
Heeft u nog vragen naar aanleiding van het bovenstaande? Neem gerust contact op met Arjan Wolkers (a.wolkers@ploum.nl) en Jikke Biermasz (j.biermasz@ploum.nl). Het Douane, Handel en Logistiek team heeft alle kennis in huis om uw bedrijf te ondersteunen bij uw vragen over de wijziging van douanevergunningen.
Contact
11 dec 25
11 dec 25
11 dec 25
11 dec 25
03 dec 25
02 dec 25
01 dec 25
01 dec 25
26 nov 25
24 nov 25
24 nov 25
24 nov 25
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.