23 jun '20
Nadat in 2018 het wetsvoorstel Wet opheffing verpandingsverboden (het “Wetsvoorstel”) ter consultatie is gepubliceerd, is het lange tijd stil geweest rondom dit Wetsvoorstel. Op 29 mei 2020 is er met de indiening van het Wetsvoorstel bij de Tweede Kamer een einde aan deze stilte gekomen. De consultatie van het Wetsvoorstel heeft geleid tot een aantal aanpassingen op het Wetsvoorstel. De belangrijkste behandelen wij kort hierna. De contractsvrijheid is een hoeksteen van onze samenleving en onze economie. Op deze wijze vangt de memorie van toelichting bij het Wetsvoorstel (de “Memorie van Toelichting”) aan. De wetgever is van mening dat juist daar waar het de beperking van de overdracht en verpandingsmogelijkheden betreft deze contractsvrijheid een ongewenst neveneffect kent. Op structurele wijze zouden partijen gebruik maken van de mogelijkheid om op grond van artikel 3:83 lid 2 juncto artikel 3:98 Burgerlijk Wetboek (“BW”) de overdracht of verpanding van vorderingsrechten bij overeenkomst te beperken dan wel te verbieden. Het gevolg hiervan is dat de desbetreffende vorderingen en kredietportefeuilles niet aangewend kunnen worden als dekking ten behoeve van kredietverlening, hetgeen leidt tot een beperking van de kredietcapaciteit. De invoering van de Wet opheffing verpandingsverboden leidt tot:
Het Wetsvoorstel is goed nieuws voor de Asset Based Finance, Commercial Finance en Factoring sector.
De consultatie heeft tot een aantal belangrijke aanpassingen op het Wetsvoorstel geleid. Zo is het finaliteitscriterium, inhoudende dat de overdracht of verpanding dient te geschieden voor financieringsdoeleinden, losgelaten. Het zou te complex en te bezwarend zijn indien dit telkenmale vastgesteld zou moeten worden. Daarnaast is verduidelijkt dat vorderingen op of van een centrale tegenpartij, een afwikkelende instantie, een verrekeningsinstituut of een centrale bank buiten het Wetsvoorstel vallen. Het Wetsvoorstel beoogt voorts om in artikel 3:83 lid 4 op te nemen dat vorderingen uit hoofde van een krediet-of geldleningsovereenkomst waarbij aan de zijde van de kredietgever meerdere partijen betrokken zijn van het Wetsvoorstel zijn uitgezonderd. Op deze manier wordt beoogd zogenaamde syndicated loans niet onder het Wetsvoorstel te laten vallen. Ook vorderingen die betaald worden op een zogenaamde G-rekening worden niet door het Wetsvoorstel geraakt. Voorts is verder verduidelijkt dat zogenaamde negative pledge en pari passu bepalingen ook in de toekomst geldig blijven en dat de bestaande financieringspraktijk in dat opzicht niet geraakt wordt.
Met het Wetsvoorstel beoogt de wetgever contractuele bepalingen die de overdraagbaarheid en de verpandbaarheid van vorderingen uitsluiten, dan wel beperken te verbieden. Het Wetsvoorstel zal enkel betrekking hebben op vorderingen die in de uitoefening van beroep of bedrijf zijn ontstaan. Geldvorderingen van particulieren die niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf handelen worden expliciet uitgezonderd. Het Wetsvoorstel zal, zo wordt althans vermoed, een positief economisch effect hebben doordat het kan leiden tot een extra kredietruimte van EUR 1 miljard waar met name het MKB van kan profiteren, bijvoorbeeld door nieuwe of ruimere factoring mogelijkheden.
Het Wetsvoorstel zal, indien aangenomen, tot de volgende wijzigingen in Boek 3 BW leiden:
Het Wetsvoorstel bevat een voorstel voor een overgangstermijn van drie maanden na inwerkingtreding. Dit betekent dat ten aanzien van bestaande overeenkomsten vanaf drie maanden na de inwerkingtreding van het Wetsvoorstel bepalingen die een overdracht dan wel verpanding van zakelijke geldvorderingen op naam beperken dan wel uitsluiten nietig zijn. Voor overeenkomsten aangegaan na de inwerkingtreding van het Wetsvoorstel, heeft het Wetsvoorstel onmiddellijke werking. Het is voor marktpartijen van belang om te inventariseren of (standaard) overeenkomsten en algemene voorwaarden die momenteel gehanteerd worden, bepalingen bevatten die in strijd zijn met het Wetsvoorstel en wat daar eventueel de gevolgen van zijn. Het is raadzaam standaard documentatie aan te passen door het verwijderen van bepalingen die strijdig zijn met het Wetsvoorstel. De verwachting is dat het Wetsvoorstel gezien het belang op spoedige wijze door de Tweede Kamer zal worden behandeld en aangenomen, waarna het Wetsvoorstel ter behandeling aan de Eerste Kamer zal worden aangeboden. Het Banking & Finance team van Ploum zal u op de hoogte houden van de ontwikkelingen ten aanzien van het Wetsvoorstel. Voor vragen en verdere informatie kunt u contact opnemen met Lucas Lustermans (l.lustermans@ploum.nl of +31 6 19850096).
02 mei 24
02 mei 24
15 apr 24
15 apr 24
08 apr 24
04 apr 24
04 apr 24
02 apr 24
02 apr 24
28 mrt 24
27 mrt 24
21 mrt 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.