05 jul '23
Op 5 juli 2023 is in het Staatsblad bevestigd dat de Tijdelijke Wet Transparantie Turboliquidatie op 15 november 2023 in werking treedt. Met deze wetswijziging wordt vooral de positie van schuldeisers van een geturboliquideerde rechtspersoon verbeterd.
Turboliquidatie is een snelle manier om een rechtspersoon te beëindigen. Anders dan bij een ‘reguliere’ ontbinding, blijft een vereffeningsfase achterwege. In plaats daarvan houdt de rechtspersoon op te bestaan op het moment dat het ontbindingsbesluit wordt genomen. Dat besluit wordt veelal genomen door de algemene vergadering (N.V, B.V.), de ledenvergadering (vereniging) of het bestuur (stichting). Een belangrijke voorwaarde voor toepassing van turboliquidatie, is dat de rechtspersoon op het moment van het ontbindingsbesluit geen baten heeft. Bij afwezigheid van baten, valt er immers weinig te vereffenen. Is er wel sprake van baten, dan dient de gewone ontbindingsprocedure te worden doorlopen.
Wanneer wel sprake is van schulden, blijven schuldeisers na turboliquidatie veelal met lege handen achter. De rechtspersoon biedt immers geen verhaal meer. Schuldeisers zien zich daardoor vaak genoodzaakt een vordering uit hoofde van (externe) bestuurdersaansprakelijkheid in te stellen tegen de bestuurders van de geturboliquideerde rechtspersoon. Zij lopen er dan wel vaak tegenaan dat voor hen niet inzichtelijk is wat zich in de rechtspersoon heeft afgespeeld, voorafgaand aan de turboliquidatie. Hierover hoeft nog geen informatie te worden gegeven. Daarmee lijkt turboliquidatie ook een beproefd middel voor malafide bestuurders om van schulden af te komen, en via een nieuwe onderneming met een schone lei te beginnen. Het is vooral vanwege dit mogelijke misbruik van de wettelijke regeling dat turboliquidatie een slechte naam heeft.
Ter verbetering van de (informatie-)positie van schuldeisers, is in 2022 het wetsvoorstel Tijdelijke Wet Transparantie Turboliquidatie gepubliceerd. Uit de toelichting bij het wetsvoorstel bleek al dat invoering vooral wenselijk wordt geacht vanwege een verwachte stijging van het aantal turboliquidaties als gevolg van de coronapandemie, en het aflopen van de verschillende steunpakketten die ondernemers hebben ontvangen. De vrees bestond dat vooral malafide bestuurders ertoe zouden besluiten een onderneming door middel van turboliquidatie te beëindigen, en daarmee schuldeisers te benadelen.
De belangrijkste wijziging onder de nieuwe wet ziet op nieuwe informatieverplichtingen die op bestuurders komen te rusten. Binnen twee weken na het besluit tot ontbinding, moeten de bestuurders verschillende documenten deponeren bij het Handelsregister. Dat betreft enerzijds financiële gegevens, en anderzijds gegevens over de ontbinding zelf.
Voor wat betreft de financiële gegevens, gaat het om een balans en een staat van baten en lasten (vergelijkbaar met een resultatenrekening) van het laatste boekjaar, en van het daaraan voorafgaande boekjaar. Bij een ontbinding op 1 december 2023 betreft dat dus een balans en staat van baten en lasten over de boekjaren 2022 en 2023. Daarnaast dienen ook jaarrekeningen nog te worden gepubliceerd, inclusief eventuele accountantsverklaringen, als de rechtspersoon daartoe al was verplicht.
Voor wat betreft de gegevens over de ontbinding zelf, dienen de bestuurders allereerst een beschrijving te geven van het oorzaak van het ontbreken van baten. Een enkele constatering dat er geen sprake is van baten, is onvoldoende. Als voorafgaand aan het besluit tot ontbinding al een ‘feitelijke vereffening’ heeft plaatsgevonden, waardoor op het moment van ontbinding geen sprake meer is van baten, dient dat ook te worden beschreven. Ten slotte moet ook worden vermeld als schuldeisers onbetaald zijn gelaten, en wat hiervan de redenen zijn.
Een handelen in strijd met de bovenstaande verplichtingen wordt als economisch delict aangemerkt, waarvoor een boete van maximaal EUR 22.500 kan worden opgelegd. Daarnaast heeft een schuldeiser het recht om via de kantonrechter inzage te verzoeken in de administratie van de rechtspersoon.
Met deze wet wordt ook de mogelijkheid voor het Openbaar Ministerie om te verzoeken om een civielrechtelijk bestuursverbod uitgebreid. Oorspronkelijk bestond deze mogelijkheid voor het Openbaar Ministerie (en curatoren) slechts in geval van faillissementsfraude. Het Openbaar Ministerie kan een dergelijk verzoek na inwerkingtreding ook indienen wanneer is gehandeld in strijd met de genoemde informatieverplichtingen, of wanneer sprake is van doelbewuste handelingen, die tot een aanmerkelijke benadeling van schuldeisers leiden. Ten slotte kan het Openbaar Ministerie ook een civielrechtelijk bestuursverbod ook verzoeken ten aanzien van bestuurders die in een periode van twee jaar al ten minste twee keer betrokken zijn geweest bij een turboliquidatie of een faillissement, waarbij de betreffende bestuurders een persoonlijk verwijt kan worden gemaakt. Gevallen voorafgaand aan inwerkingtreding van de wet worden hierbij niet meegeteld.
De wet geldt in beginsel voor een periode van twee jaar (vandaar de toevoeging ‘Tijdelijk’ in de titel van de wet). Uiterlijk 21 maanden na inwerkingtreding van de wet zal een evaluatie naar het parlement worden gestuurd, waarna duidelijk zal moeten worden of de nieuwe bepalingen ook nadien blijven gelden.
Met deze wetswijziging hoopt de wetgever de positie van schuldeisers te verbeteren. Zij krijgen meer inzicht in de omstandigheden die tot de turboliquidatie hebben geleid. Daarnaast hoopt de wetgever malafide bestuurders, die mogelijk misbruik maken van de mogelijkheid tot turboliquidatie, af te schrikken. Het is echter de vraag of dit in de praktijk ook daadwerkelijk het geval is. In sommige situaties zullen schuldeisers zich mogelijk alsnog gedwongen zien een procedure tegen individuele bestuurders te starten, als zij menen dat de turboliquidatie hen op een onaanvaardbare wijze benadeelt en de bestuurders hiervan een persoonlijk ernstig verwijt kan worden gemaakt.
Omgekeerd betekent dit voor bestuurders aanvullende verplichtingen ontstaan in de periode vlak na turboliquidatie. Zij dienen binnen twee weken verschillende documenten te deponeren, wat een extra administratieve belasting zal opleveren. Bestuurders doen er dan ook goed aan hiervoor tijdig, voorafgaand aan het ontbindingsbesluit, de nodige stappen te zetten. Blijven zij (gedeeltelijk) in gebreke met de naleving van de nieuwe verplichtingen, dan lopen zij het risico dat een bestuurlijke boete wordt opgelegd.
Bestuurders en andere betrokkenen hebben in elk geval nog ruim vier maanden om zich op de wetswijziging voor te bereiden.
Meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met Thomas Munnik.
04 dec 24
29 nov 24
25 nov 24
19 nov 24
13 nov 24
11 nov 24
07 nov 24
01 nov 24
21 okt 24
14 okt 24
13 okt 24
09 okt 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.