02 nov '23
De Hoge Raad heeft zich uitgelaten over de vraag in hoeverre er rekening moet worden gehouden met de draagkracht van een rechtspersoon bij het opleggen van een boete. De zaak waarin deze vraag speelde, gaat over een bedrijf dat is veroordeeld wegens het meermalen medeplegen van valsheid in geschrifte. In hoger beroep heeft het Openbaar Ministerie een boete gevorderd van 135.000 euro. Het gerechtshof heeft uiteindelijk de straf voor het bedrijf bepaald op een boete van 75.000 euro.
Het probleem in deze zaak is dat de onderneming in kwestie inmiddels failliet was gegaan. De vertegenwoordiger van de rechtspersoon heeft ter zitting in hoger beroep verklaard over de omstandigheden rondom het faillissement:
“Toen ik was aangehouden en drie dagen later terugkwam, waren al mijn klanten weg en het bedrijf was gefailleerd.” (ECLI:NL:HR:2023:1213; r.o. 3.2.2)
De vertegenwoordiger verklaarde dat hij zeer betrokken was bij de onderneming en daarom contact had gezocht met zijn concurrent om de onderneming over te nemen. Want hij vond het belangrijk dat het personeel zou worden overgenomen en dat de onderneming ‘going concern’ zou worden overgenomen. Wellicht sympathieke woorden, maar ook dure woorden, zou later blijken.
Want het gerechtshof heeft bepaald dat de draagkracht van de verdachte toereikend was om de opgelegde geldboete te betalen, “zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken”. De Hoge Raad kwam tot de conclusie dat dit oordeel van het gerechtshof niet onbegrijpelijk was. De Hoge Raad heeft daaraan toegevoegd dat is verklaard dat het bedrijf na een activatransactie de onderneming inderdaad ‘going concern’ is overgenomen.
De Advocaat-Generaal kwam tot een andere conclusie. Want, zo zegt de Advocaat-Generaal, het gerechtshof heeft wel voldoende gemotiveerd waarom de strafbare feiten ernstige waren en waarom een hoge boete gerechtvaardigd was, maar niet dat dat de onderneming in de financiële positie verkeerde dat de boete ook daadwerkelijk betaald kon worden. Kortom, dat de motivering van de draagkracht ook voldoende was onderbouwd. De Advocaat-Generaal zegt dat juist een gefailleerde onderneming bij uitstek een omstandigheid is die aantoont dat er onvoldoende draagkracht was om de boete ook te kunnen betalen. (ECLI:NL:PHR:2023:623; r.o. 4.5)
De Hoge Raad overweegt dat namens de vertegenwoordiger van de onderneming weliswaar is verklaard dat de onderneming failliet is gegaan, maar dat er geen (i) concrete en (ii) actuele informatie is verstrekt over de financiële situatie van de onderneming en/of de afwikkeling van het faillissement. Hierbij verwijst de Hoge Raad naar de verklaring van de vertegenwoordiger dat de onderneming ‘going concern’ is overgenomen door een derde. Hiermee wordt (kennelijk) de mogelijkheid opengelaten dat er nog geld was om de opgelegde boete te betalen. Of dit ook werkelijk het geval is, wordt in cassatie niet meer getoetst. Er werd nog 2.500 euro in mindering gebracht vanwege het overschrijden van de redelijke termijn.
04 dec 24
29 nov 24
25 nov 24
19 nov 24
13 nov 24
11 nov 24
07 nov 24
01 nov 24
21 okt 24
14 okt 24
13 okt 24
09 okt 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.