01 mrt '22
Ongewenste omgangsvormen op de werkvloer hebben door de actualiteit weer alle aandacht. Veel organisaties zijn momenteel bezig maatregelen te treffen. Onderdeel van die maatregelen kan zijn dat er een vertrouwenspersoon wordt ingeschakeld. Dat is nu nog niet verplicht, maar dat wordt binnenkort wellicht anders door een wetsvoorstel. Wij lichten dit wetsvoorstel toe en zullen hier in ons seminar ‘(Seksueel) grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer’ op 22 maart ook nadere aandacht aan besteden.
Al op 7 oktober 2020 heeft Tweede Kamerlid Renkema (GroenLinks) het wetsvoorstel tot wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet in verband met het verplicht stellen van een vertrouwenspersoon ingediend. Op 26 januari 2022 is de verdediging van het initiatiefwetvoorstel overgenomen door Tweede Kamerlid Maatoug (GroenLinks). Het wetsvoorstel eoogt iedere werknemer een wettelijk recht op toegang tot een vertrouwenspersoon te geven en de positie van de vertrouwenspersoon in de organisatie te versterken.
Uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden blijkt dat ruim één miljoen mensen op hun werk te maken krijgt met pesten, (seksuele) intimidatie, discriminatie of agressie. Ongewenste omgangsvormen hebben grote invloed op de werksfeer en de gezondheid van werknemers binnen een organisatie. Vaak leidt dit tot ziekteverzuim, rechtszaken en arbeidsconflicten. Ter voorkoming van escalatie op de werkvloer kan de toegang tot een vertrouwenspersoon een oplossing bieden. Het wetsvoorstel heeft immers als doel om zoveel mogelijk ongewenste omgangsvormen op de werkvloer tegen te gaan en te voorkomen, om zo een veilige werkomgeving voor werknemers te creëren. Daarbij speelt het recht op toegang tot een vertrouwenspersoon een belangrijke rol.
Volgens artikel 3 lid 2 van de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) is het primair de verantwoordelijkheid van de werkgever om werknemers te beschermen tegen ongewenste omgangsvormen op de werkvloer. Werkgevers moeten hiertoe passende maatregelen treffen. De wetgever laat werkgevers vrij in de keuze voor deze maatregelen. Werkgevers bepalen dus zelf welke maatregelen zij treffen. De Arbeidsinspectie controleert of de werkgever een Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) met plan van aanpak heeft om het risico op ongewenste omgangsvormen te minimaliseren. In kader daarvan adviseert de Arbeidsinspectie dat iedere werkgever minimaal één onafhankelijke vertrouwenspersoon moet aanstellen. Uit onderzoek blijkt dat meer dan de helft van de werkgevers al denkt dat een vertrouwenspersoon wettelijk verplicht is en dat is dan ook één van de redenen dat zij een vertrouwenspersoon hebben aangesteld.
Op dit moment heeft de vertrouwenspersoon geen wettelijk beschermde positie in de organisatie. Ook zijn er geen specifieke (kwaliteits-)eisen. Dit maakt volgens het wetsvoorstel dat een vertrouwenspersoon niet altijd de belangrijke rol kan vervullen die hij of zij zou moeten vervullen. Dit is dan ook de reden dat het wetsvoorstel de positie van de vertrouwenspersoon wil versterken. Zo kan de vertrouwenspersoon meer invloed uitoefenen op het beleid van de organisatie rondom ongewenste omgangsvormen. In dit artikel zullen daarvoor een aantal maatregelen worden voorgesteld. Bij niet-naleving ervan riskeert een werkgever boetes.
Het voorgestelde artikel 13a in de Arbowet regelt dat iedere werknemer zich kan wenden tot een vertrouwenspersoon. De werkgever is verplicht om een intern of extern persoon aan te wijzen. Daarbij is ook een rol weggelegd voor de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.
De ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging krijgt een instemmingsrecht op grond van artikel 27 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Dit instemmingsrecht omvat de keuze, positionering, verlenging en beëindiging van de aanstelling van de vertrouwenspersoon.
De vertrouwenspersoon krijgt een aantal wettelijke basistaken. Het gaat hier met name om het opvangen, begeleiden en adviseren van de werknemer. De werkgever moet daarin ondersteunen. Daarnaast kan de vertrouwenspersoon gevraagd en ongevraagd advies geven over hoe ongewenste omgangsvormen kunnen worden aangepakt en voorkomen. Verder kan het geven van incidentele of periodieke voorlichting aan werknemers tot het takenpakket van de vertrouwenspersoon behoren. Tenslotte mag van een vertrouwenspersoon worden verwacht dat hij of zij inzicht geeft in de verrichte activiteiten middels een jaarverslag aan de werkgever en medezeggenschap. Daarnaast moet de vertrouwenspersoon over voldoende deskundigheid en ervaring beschikken. Het wetsvoorstel acht enige vorm van scholing voor de vertrouwenspersoon gewenst. Daarbij is het ook belangrijk dat er de nodige randvoorwaarden aanwezig zijn om de vertrouwelijkheid te kunnen garanderen. Denk hierbij aan een externe spreekruimte of een beveiligde omgeving voor gespreksverslagen.
Het optreden van een vertrouwenspersoon wordt niet altijd en door iedereen op prijs gesteld, waardoor met name interne vertrouwenspersonen op termijn in een lastige positie terecht kunnen komen binnen een organisatie. Daarom wordt in het wetsvoorstel de eis van onafhankelijke positie en het zelfstandig functioneren van de vertrouwenspersoon gesteld en dat deze niet benadeeld mogen worden in diens positie binnen het bedrijf of de inrichting. De werkgever moet deze onafhankelijke positie waarborgen en hen in staat stellen hun functie zelfstandig te vervullen. Vanwege het vertrouwelijke karakter van de functie is ook opgenomen dat de vertrouwenspersoon een geheimhoudingsplicht heeft. Verder wordt door wijziging van artikel 7:670 lid 10 BW ontslagbescherming verleend aan de vertrouwenspersoon, voor zover dit het functioneren als vertrouwenspersoon betreft.
Een vertrouwenspersoon kan een belangrijke rol spelen in het beperken en voorkomen van de impact van ongewenste omgangsvormen op de werkvloer. De mogelijkheid om in vertrouwen, in een veilige omgeving, als melder je verhaal te kunnen doen, is van groot belang. Daarvoor moet een vertrouwenspersoon een zelfstandige en onafhankelijke positie hebben. Dit wetsvoorstel geeft daartoe een goede aanzet, terwijl werkgevers tegelijkertijd de ruimte hebben voor maatwerk.
De verwachting is dan ook het wetsvoorstel binnenkort al dan niet in gewijzigde vorm aangenomen zal worden, maar de beoogde datum van inwerkingtreding van het wetsvoorstel is nog niet bekend. Wij houden u uiteraard op de hoogte van de ontwikkelingen.
Het instellen van een vertrouwenspersoon is slechts één van de maatregelen die werkgevers nu al kunnen nemen om ongewenst gedrag op de werkvloer tegen te gaan. Wilt u meer weten over wat u kunt doen bij ongewenste omgangsvormen? Meldt u zich dan aan voor ons seminar over (seksueel) grensoverschrijdend gedrag op 22 maart 2022. Wij leggen dan uit hoe u concreet invulling kunt geven aan uw werkgeversverplichtingen.
Dit artikel is geschreven door Denise Meijering (student-stagiaire).
20 dec 24
18 dec 24
10 dec 24
04 dec 24
29 nov 24
25 nov 24
19 nov 24
13 nov 24
11 nov 24
07 nov 24
01 nov 24
21 okt 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.