https://ploum.nl/uploads/Artikelen_en_Track_Records_en_expertise/Intellectueel_eigendom/clothing-3987617_1920.jpg

Hof van Justitie van de Europese Unie doet uitspraak in ZARA-zaak over cadeaubonnen

15 feb '24

Auteur(s): Paul Trapman

In deze zaak tussen Buongiorno en Inditex bij het Hof van Justitie van de Europese Unie ("HJEU"), ging het geschil over een promotiecampagne van Buongiorno. Buongiorno, een aanbieder van informatiediensten via internet en mobiele telefonie, organiseerde een campagne ter promotie van een nieuw type abonnement. Als onderdeel van deze campagne konden nieuwe abonnees deelnemen aan een loterij waar een ZARA-cadeaubon ter waarde van 1.000 euro te winnen viel. Nadat de abonnee op een banner had geklikt om toegang te krijgen tot de loterij, kreeg hij op het volgende scherm het 'ZARA'-teken te zien in een rechthoek die deed denken aan het ontwerp van cadeaubonnen.

Dit leidde tot een juridisch geschil met Inditex, de houdster van het merk ZARA, vanwege het gebruik van het "ZARA"-teken in de reclamecampagnes. Inditex beweerde dat dit gebruik onrechtmatig was en dat het inbreuk maakte op haar merkrechten. Buongiorno voerde aan dat het slechts incidenteel gebruik betrof en dat dit teken niet als merk werd gebruikt, maar eerder als een referentie die valt onder het rechtmatig gebruik van andermans onderscheidende tekens.

Het Hof concludeert dat de merkhouder het algemeen eerlijke gebruik van een teken om waren of diensten van de merkhouder aan te duiden of ernaar te verwijzen, niet mag verbieden. Het is echter aan de nationale rechter om te beoordelen of dit specifieke gebruik ook noodzakelijk was om de bestemming van een door Buongiorno aangeboden dienst duidelijk te maken en, in voorkomend geval, of dit gebruik in overeenstemming was met de eerlijke handelspraktijken. Alvorens deze beoordeling te maken, moet de nationale rechter echter nagaan of dit specifieke gebruik van het merk weldegelijk gebruik van een merk vormt.

Er resteren nog steeds interessante vragen, niet alleen met betrekking tot de beoordeling die de nationale rechter zal moeten maken over het noodzakelijke gebruik (was het ook noodzakelijk om een rechthoek op te nemen die de indruk van een cadeaubon wekt), maar ook bijvoorbeeld ook of dit niet feitelijk een uitputtingsvraagstuk is in plaats van refererend merkgebruik. 

Wordt vervolgd...

Contact

Advocaat, Partner

Willem Leppink

Expertises:  Intellectuele Eigendom, Europees recht, Merk- en Modelregistratie, Marketing en Reclame, Technologie, Media en Telecom, Food, E-commerce,

Advocaat

Paul Trapman

Expertises:  Intellectuele Eigendom, Privacyrecht, Technologie, Media en Telecom,

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte

Klik op het plusje en schrijf je in voor updates over dit onderwerp.