https://ploum.nl/uploads/Artikelen_en_Track_Records_en_expertise/Samenwerken_Teams_Overeenkomst/handshake-5768632_1920.jpg

Van de Ven vs FC Volendam: illustratief voor de bijzondere positie van de profvoetballer in het arbeidsrecht

21 sep '21

De profvoetballer heeft een bijzondere arbeidsrechtelijke positie. De door de verdediger Micky van de Ven tegen FC Volendam (hierna: Volendam) aangespannen (spoed)procedure bij de Arbitragecommissie van de KNVB laat dit eens te meer zien. Van de Ven was van mening dat voor hem een te hoog transferbedrag gevraagd werd door Volendam en verzocht ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst. Ook verzocht hij de Arbitragecommissie zijn maximale transferwaarde te bepalen, tot een maximum van EUR 2 miljoen.

De feiten

Van de Ven voetbalde bij Volendam op basis van een contract voor bepaalde tijd voor de duur van drie jaar. Deze overeenkomst werd éénmaal verlengd.[1] In april 2020 verzocht Volendam aan Van de Ven om nog een jaar bij Volendam te blijven voetballen. Hij zou wel mogen ‘snuffelen’ bij andere geïnteresseerde clubs. Van de Ven ging hiermee akkoord. In 2020 kwam het zodoende niet tot een transfer. Van de Ven werd uitgeroepen tot beste speler van het seizoen 2020/2021 in de Keukenkampioen Divisie, wat leidde tot concrete interesse van verschillende clubs. Volendam gaf op verzoek van de zaakwaarnemer van Van de Ven (Raiola) aan in eerste instantie geen concrete transfersom in gedachten te hebben. Later werd een minimale transfersom van EUR 7,5 miljoen genoemd. Raiola gaf aan dit een te hoog bedrag te vinden. Hierdoor zou een transfer van Van de Ven worden geblokkeerd. Uit de overgelegde stukken bleek dat sommige clubs daadwerkelijk werden tegengehouden door de hoge vraagprijs. Van de Ven en Volendam kwamen er onderling niet uit, waarop Van de Ven besloot een spoedprocedure aanhangig te maken bij de Arbitragecommissie van de KNVB, waarin hij verzocht om ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst.

Beoordeling

De Arbitragecommissie begint haar beoordeling met een heldere samenvatting van de bijzondere arbeidsrechtelijke positie van de profvoetballer.

Zo start de commissie met de uitspraak dat arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd nagekomen moeten worden. Bij afwezigheid van een tussentijds opzegbeding is alleen een tussentijdse beëindiging met wederzijds goedvinden mogelijk. Vervolgens verwijst de commissie naar het in 1995 gewezen Bosman-arrest van het Hof van Justitie van de EU waaruit volgde dat clubs bij het einde van de arbeidsovereenkomst niet langer gerechtigd waren (transfer)vergoedingen te vragen of te bedingen. Als gevolg daarvan zijn clubs veelal meerjarige arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd met hun spelers aangegaan. Dit biedt voor clubs de mogelijkheid om toch een transfersom te vragen bij een transfer van een speler voor het einde van de looptijd van de arbeidsovereenkomst. Clubs verkleinen op deze manier de negatieve effecten van het Bosman-arrest.

Vervolgens gaat de commissie in op de voor- en nadelen van langdurige tijdelijke contracten. Voor de clubs bestaat de mogelijkheid om bij een tussentijds afscheid een transferbedrag te vragen. Een nadeel is dat de club gebonden blijft aan de overeenkomst als een speler ‘onder de maat speelt’. Een speler daarentegen heeft zekerheid van een meerjarige overeenkomst. Anderzijds wordt hij beperkt in de mogelijkheden tussentijds van club te veranderen, wanneer de huidige en de potentiële nieuwe club het niet eens worden over een afkoopvergoeding.

De commissie overweegt dat partijen veelal professioneel worden bijgestaan. Zij worden dan ook geacht zich bewust te zijn van de voor- en nadelen van de contracten die zij sluiten. Er zijn daarom zeer bijzondere omstandigheden noodzakelijk wil ontbinding van de arbeidsovereenkomst gerechtvaardigd zijn. Deze omstandigheden zijn afhankelijk van het concrete geval.

Van de Ven voert twee (hoofd)argumenten aan waardoor ontbinding gerechtvaardigd zou zijn. Het eerste argument van Van de Ven is dat hij een grote sportieve én financiële verbetering kan bewerkstelligen door naar de Bundesliga-club Vfl Wolfsburg over te stappen. De commissie passeert dit argument door te stellen dat het aanbod van Vfl Wolfsburg inmiddels is verlopen. De vermeende financiële verbetering valt daarmee niet meer te toetsen.

Vervolgens voert Van de Ven aan dat sprake is van een ernstig verstoorde arbeidsverhouding. Volendam had volgens hem beloofd mee te werken aan een transfer in de huidige transferwindow, maar deed dit niet. De commissie overweegt in dit kader dat het bestaan van Volendam afhangt van het opleiden en vervolgens gedurende de looptijd van de overeenkomsten ‘verkopen’ van de speler op de voetbalmarkt. Vervolgens overweegt de commissie: ‘’Deze markt kenmerkt zich naar het oordeel van de Arbitragecommissie door een turbulent en hard spel van vraag en aanbod waarbij onder meer verschillende inschattingen, kansen en verwachtingen over de toekomstige ontwikkeling van spelers en ook wel opportunisme de boventoon voeren. […] Dat maakt ook dat de prijs van een speler niet altijd behoeft overeen te komen met zijn ‘marktwaarde’.’’

Dit harde spel kan logischerwijs leiden tot spanningen. Er is echter geen sprake van een ‘apert onredelijke opstelling’ van Volendam in de onderhandelingen. Dit maakt dat er onvoldoende aanleiding is voor een ontbinding op grond van een ernstig verstoorde arbeidsverhouding.

Concluderend

Het hierboven besproken vonnis van de Arbitragecommissie illustreert de bijzondere positie van de profvoetballer (of de professionele sporter) binnen het arbeidsrecht. Het civiele arbeidsrecht is gestoeld op de gedachte dat de werknemer als ‘zwakkere’ partij gecompenseerd moet worden door de werkgever te binden aan dwingendrechtelijke arbeidsrechtelijke bepalingen. Deze ongelijkheidscompensatie komt in het profvoetbal minder tot uiting. Zo geldt de ketenregeling niet in het betaald voetbal, waardoor de clubs transfersommen kunnen (blijven) vragen. Zij worden hierdoor van inkomsten voorzien. Keerzijde hiervan is dat voetballers aan hun contract vastzitten, waardoor een tussentijds vertrek naar een andere club soms moeizaam verloopt. Zo bleek ook in deze procedure.

Gelukkig is het in de zaak tussen Van der Ven en Volendam goed gekomen. Slechts één dag na het vonnis van de Arbitragecommissie werd bekendgemaakt dat Van der Ven voor EUR 3,5 miljoen zou vertrekken naar Vfl Wolfsburg.

Heeft u vragen over bovenstaand artikel? Neem dan contact op met ons Team Arbeidsrecht.

 

 

[1] Voor betaald voetbalorganisaties is de ketenregeling uitgezonderd ex art. 7:668a lid 8 BW.

Contact

Advocaat

Frans Bakker

Expertises:  Arbeidsrecht, Privacyrecht, Medezeggenschapsrecht, Start-up en Scale-up,

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte

Klik op het plusje en schrijf je in voor updates over dit onderwerp.

Expertise(s)

Onderwerp(en)

Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.

Persoonlijke gegevens

 

Bedrijfsgegevens

Meer informatie over hoe we uw persoons­gegevens gebruiken, kunt u lezen in onze privacyverklaring. U kunt uw voorkeuren altijd wijzigen via de link ‘Profiel wijzigen' of u afmelden via de link ‘Afmelden'. Deze links vindt u onderaan ieder bericht dat u van Ploum ontvangt.

* Verplicht in te vullen velden.

Geïnteresseerd in

Persoonlijke gegevens

 

Bedrijfsgegevens

Meer informatie over hoe we uw persoons­gegevens gebruiken, kunt u lezen in onze privacyverklaring. U kunt uw voorkeuren altijd wijzigen via de link ‘Profiel wijzigen' of u afmelden via de link ‘Afmelden'. Deze links vindt u onderaan ieder bericht dat u van Ploum ontvangt.

* Verplicht in te vullen velden.

Geïnteresseerd in

Account aanmaken

Haal alles uit Ploum.nl. Binnen een minuut geregeld.

Ik heb al een account

Voordelen Mijn Ploum

  • Volgen wat u interessant vindt
  • Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses

*Verplicht in te vullen velden.

Ik heb al een account

Voordelen Mijn Ploum

Volgen wat u interessant vindt

Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses

{phrase:advantage_3}

{phrase:advantage_4}


Waarom vragen we uw naam?

We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.

Wachtwoord

Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.