03 mei '22
Op vrijdag 22 april 2022 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in de Max Verstappen / Picnic-zaak. Het arrest is kort en bondig en draait in de kern om de vraag of er sprake is van een portret bij een lookalike en of er een soort parodie-exceptie bestaat binnen het portretrecht. Met een dergelijke exceptie zou Max Verstappen zich immers niet kunnen verzetten tegen de openbaarmaking van het filmpje waar een lookalike in speelt.
Op 27 september 2016 lanceerde supermarktketen Jumbo een televisiereclame waarin Max Verstappen optrad als snelle ‘bezorger’. Eén dag later plaatste Picnic een filmpje op haar Facebookpagina waarin een lookalike van Max Verstappen te zien was die, net zoals in het reclamespotje van Jumbo, boodschappen rondbracht bij de mensen thuis. De lookalike droeg eenzelfde raceoutfit en pet als Max Verstappen en liep bovendien langs een bestelbusje van Jumbo. Het filmpje ging al snel viraal en werd enkele honderdduizend keren bekeken. Daardoor werd het filmpje ook op landelijke televisie en op de website van landelijke kranten getoond.
Omdat Max Verstappen en de organisatie die een exclusieve licentie op zijn intellectuele eigendomsrechten heeft (MAVIC S.A.R.L.) van mening waren dat Picnic hiermee onrechtmatig gebruik maakte van het portret van Max Verstappen, hebben zij een juridische procedure tegen Picnic geëntameerd. De zaak deed zich in eerste aanleg voor bij de rechtbank Amsterdam, welke in een tussenvonnis en eindvonnis oordeelde dat in het filmpje gebruik werd gemaakt van de portretrechten van Max Verstappen. Bovendien werd geconcludeerd dat Max Verstappen een redelijk belang heeft om zich tegen de openbaarmaking van zijn portret te verzetten. Aangezien het portretrecht kwalificeert als een persoonlijkheidsrecht werden de vorderingen van MAVIC S.A.R.L afgewezen. MAVIC S.A.R.L. is immers door de openbaarmaking van het filmpje niet in zijn persoonlijkheidsrechten geschaad.
Picnic ging vervolgens in het jaar 2020 in hoger beroep, waarna Max Verstappen incidenteel hoger beroep instelde. Het hof Amsterdam kwam tot een oordeel dat haaks staat op die van de rechtbank en oordeelde dat er helemaal geen sprake is van een portret van Verstappen. Hoewel het beeld van Max Verstappen (met behulp van bepaalde kenmerken) in het filmpje wordt opgeroepen, is het voor de aanschouwers meer dan duidelijk dat het niet Max Verstappen zelf is. De bescherming die artikel 21 van de Auteurswet biedt strekt niet zover dat Max Verstappen ook tegen de openbaarmaking van het portret van een lookalike kan optreden, aldus het hof. Max Verstappen heeft nadien cassatie ingesteld tegen ditzelfde oordeel van het hof Amsterdam en aldus tegen deze lezing van artikel 21 Auteurswet.
De belangrijkste klachtonderdelen van de cassatie zien op het feit dat het hof zou hebben miskend dat er wel degelijk sprake is van een portret, nu de kenmerken van Max Verstappen bewust en duidelijk worden uitgebeeld en/of nagespeeld in het filmpje. Daarnaast zou het hof onterecht niet zijn ingegaan op de vraag in hoeverre Max Verstappen een redelijk belang heeft om zich te verzetten tegen de openbaarmaking van het filmpje. Kort samengevat draait het in cassatie dus om de vraag of er een soort parodie-exceptie geldt in het portretrecht, zoals dat in het auteursrecht geldt.
De Hoge Raad maakt allereerst korte metten met het oordeel van het hof dat er geen sprake is van een portret. Daartoe oordeelt de Hoge Raad dat gelet op het feit dat Max Verstappen is te herkennen in de lookalike en dat dit bovendien wordt versterkt door bijkomende omstandigheden, zoals de kleding en pet van de lookalike, er sprake is van een portret. Dat het publiek zou weten dat het om een lookalike gaat en niet Max Verstappen zelf, doet daar niet aan af. Daar komt bij dat het ‘karakter’ van de afbeelding niet van belang is voor de vraag of er sprake is van een portret. Oftewel, of Picnic het nu als parodie bedoeld heeft of niet, het beeldmateriaal betreft een portret van Max Verstappen. Daarmee schept de Hoge Raad aldus duidelijk omtrent het ontbreken van een parodie-exceptie in het portretrecht.
Vervolgens oordeelt de Hoge Raad dat het hof eveneens onterecht heeft gesteld dat zij niet hoefden in te gaan op de vraag in hoeverre Max Verstappen een redelijk belang heeft om zich tegen de openbaarmaking van het beeldmateriaal te verzetten. Deze belangenafweging moet alsnog plaatsvinden en daarom verwijst de Hoge Raad de zaak terug naar het hof. Het hof Den Haag zal daarom spoedig de belangen van Max Verstappen enerzijds en Picnic anderzijds tegen elkaar afwegen en beslissen of Max Verstappen zich tegen de openbaarmaking van zijn portret kan verzetten.
Concluderend heeft de Hoge Raad – in onze ogen terecht en in lijn met de eerdere jurisprudentie – geoordeeld dat ook een lookalike kan kwalificeren als portret. Niet is vereist dat ook het gelaat van deze persoon daadwerkelijk zichtbaar is. Wat betreft de openbaarmaking van een portret, neemt artikel 21 Auteurswet als uitgangspunt dat er vrijheid van uiting is ongeacht het commerciële belang dat wellicht gemoeid is met de publicatie. Slechts in bepaalde gevallen is het openbaar maken van een portret ontoelaatbaar, zoals wanneer de privacybelangen onevenredig zijn geschonden of de commerciële belangen van de geportretteerde zijn geschaad. Die belangenafweging moet het gerechtshof nu aldus nog gaan maken. Daarmee wordt het geschil tussen Max Verstappen en Picnic ongetwijfeld nog vervolgd.
Heeft u naar aanleiding van deze blog vragen over portretrechten, neem dan contact op met een van onze gespecialiseerde advocaten.
19 nov 24
13 nov 24
11 nov 24
07 nov 24
01 nov 24
21 okt 24
14 okt 24
13 okt 24
09 okt 24
07 okt 24
27 sep 24
13 sep 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.