De Nederlandse Verzamelwet Brexit
Op 29 maart 2019 heeft de Eerste Kamer de Verzamelwet Brexit aangenomen. Deze wet beoogt ervoor te zorgen dat de gevolgen van de Brexit geen problemen voor Nederlandse burgers en ondernemingen opleveren door de mogelijkheid te bieden om snel wetten te wijzigen indien dat vanuit Brexit perspectief noodzakelijk blijkt te zijn.
De wet beoogt de gevolgen van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie te beperken door de nodige beschermende wetgeving in te voeren. Er is natuurlijk nog steeds geen echte duidelijkheid over de situatie, maar of er een akkoord wordt bereikt of niet, deze wet biedt voldoende vrijheid van handelen in geval van dringende en onvoorziene kwesties en een 'catch all'-bepaling - noodwetgeving - die de overheid de competentie om adequaat te reageren op elk rechtsgebied.
Als het terugtrekkingsakkoord (het “Akkoord”) wordt geratificeerd door het VK en de EU zoals het momenteel is opgesteld, begint een overgangs- of implementatieperiode en valt het VK voor alle praktische doeleinden onder alle EU-wetgeving alsof het een lidstaat bleef totdat het Akkoord is geëindigd. Als het Akkoord niet wordt overeengekomen en er geen alternatieve overeenkomst wordt gesloten, verlaat het VK de EU en wordt het een derde land vanaf de datum van uittreding. Alleen de standaardregels van de Wereldhandelsorganisatie en eventuele bilaterale verdragen tussen het VK en Nederland die nog steeds van kracht zijn, zullen van toepassing blijven op de handel tussen het VK en Nederland.
Wijzigingen
Hoewel de bestaande wetgevingskaders in veel gevallen voldoende mogelijkheden bieden om snel en adequaat te handelen, zijn twee categorieën noodzakelijke wijzigingen vastgesteld. Ten eerste, de wijzigingen die moeten worden aangebracht als gevolg van de terugtrekking van het VK uit de EU, ongeacht of de EU en het VK het eens zijn met het Akkoord. Ten tweede zullen die wijzigingen, met betrekking tot te verwachten maatregelen, vereist zijn, maar waarvan de exacte inhoud nog niet kan worden vastgesteld.
Handelingen waarin de regering beslist van mening is dat materiële verandering nodig is, zijn onder meer de Wet op de formeel geregistreerde buitenlandse bedrijven, socialezekerheidswetten en de verkeers- en verkeerswet. Aangezien de wet voorziet in de snelle invoering van nieuwe regels en voorschriften en in de komende maanden, kunnen ook andere effecten op het bedrijfsleven van kracht worden. Er is een aantal AMvB’s in de maak o.a. ten aanzien van Sociale Zekerheid, Toegang tot de arbeidsmarkt en inburgering, Collegegeld, bekostiging en studiefinanciering, Regulering van de landsgrensoverschrijdende verbinding voor elektriciteit met het Verenigd Koninkrijk, Regulering van de landsgrensoverschrijdende verbinding voor gas met het Verenigd Koninkrijk, Finaliteit van betalingen bij afwikkelsystemen.